Een badkraan voor de badrand is een combinatie van een staand ventiel en een onderbouwkraan voor de badkuip. Het grootste deel van deze kraan, behalve de bedieningselementen en de wateruitloop, verdwijnt onder de rand van het bad of de tegels en zorgt daardoor voor een mooi design.

Douchemengkranen garanderen een complete douchebeleving. De klassieke douchemengkraan is als opbouwkraan bevestigd aan de douchewand. De watertemperatuur en -hoeveelheid wordt ingesteld met een hendel. Daarnaast heb je ook inbouwkranen, thermostaatkranen en douchepanelen. Meer daarover vind je verder in deze begrippenlijst.

Een douchepaneel ziet er op het eerste gezicht uit als een hightech-douche. Eigenlijk is het een douche voor het hele lichaam. Deze douchesystemen bestaan uit een douchezuil met meerdere sproeiers, een hoofd- en een handdouche. Sommige douchepanelen bieden bijvoorbeeld schoudersproeiers, zijsproeiers en massagefuncties.

Bij eengreepskranen wordt de kracht van de straal en de temperatuur slechts met een handbeweging geregeld. Dit heeft heel wat voordelen: door de gemakkelijke bediening bespaar je water, omdat de juiste temperatuur zoeken niet lang duurt. Dit in tegenstelling tot tweegreepskraan of een mengkraan die je met beide handen moeten bedienen.

Het bijzondere aan elektronische kranen (ook elektronische wastafelmengers of sensorkranen) is dat je ze kunt bedienen zonder dat je ze hoeft aan te raken. Zodra je met je handen in de buurt van de kraan komt en de sensor activeert, start de waterstraal. De watertemperatuur is op voorhand ingesteld of kan met een kleine greep geregeld worden. Na een bepaalde tijd - meestal slechts een paar seconden, wordt de automatische waterstopfunctie geactiveerd. Omdat de elektronische kranen erg hygiënisch zijn, vind je ze vaak in openbare gebouwen.

De fonteinkraan heeft slechts een hevel of draaiknop en een wateruitloop met vooraf ingestelde watertemperatuur. Omdat fonteinkranen meestal aan de koude waterleiding worden aangesloten, worden ze ook vaak koudwaterventiel genoemd. Fonteinkranen worden gebruikt in de keuken, kelder, buiten of in toiletten.

Dankzij een inbouwkraan verdwijnen grote delen van de kraan in de wand. Alleen de bedieningselementen of de douchekop zijn zichtbaar. Met inbouwkranen krijgen moderne badkamers een puristisch design en ze besparen ruimte.

In tegenstelling tot een normale waterkraan met vaste wateruitloop, kan een keukenkraan met flexibele spoelkop erg handig zijn. Met de uittrekbare spoelkop kun je gemakkelijk fruit, groenten, vaat of pannen afspoelen. De spoelkop is geïntegreerd in de wateruitloop of apart ingebouwd (zie 3-/4-gatskraan).

Lagedrukkranen heb je nodig als je een boiler hebt die zorgt voor het warme water. Voor dit systeem moet de kraan over bijzondere eigenschappen beschikken. Kranen voor lage druk reageren bijvoorbeeld op wateruitzetting in de boiler en laten druppels water vallen. Een lagedrukkraan is dus niet defect als hij gaat druppen. Als je een geiser hebt, heb je geen lagedrukkraan nodig.

In een mengkraan (of tweegreepskraan) regel je koud- en warm water apart via twee hevels of draaiknoppen. Aangezien je de watertemperatuur elke keer opnieuw moet instellen, is het waterverbruik bij een mengkraan hoger dan bij een eengreepskraan. De mengkraan is als 1-gatskraan of als 3-gatskraan verkrijgbaar.

De meeste douches en badkuipen zijn voorzien van opbouwkranen. Technisch gezien zijn dit klassieke kranen. Op de bedieningselementen na zit de inbouwkraan helemaal achter de wand verstopt, terwijl de opbouwkraan inclusief doucheaansluiting zich volledig op de wand bevindt.

Een thermostaatkraan zorgt in de douche en het bad voor een constante watertemperatuur. Dit beschermt tegen onaangename verrassingen door temperatuur- of drukwissels, bijvoorbeeld wanneer tijdens het douchen een toilet wordt doorgespoeld. Een veiligheidsfunctie beschermt tegen watertemperaturen boven 38°C.

Als tegenhanger van de eengreepskraan is de tweegreepskraan met twee hendels of draaiknoppen uitgerust: een voor warm en een voor koud water.

De vloerkraan (of staande kraan) wordt in principe bij vrijstaande badkuipen gebruikt, als er geen wand voor de montage beschikbaar is. Bij vloerkranen zit de wateraansluiting dus op de vloer.

In tegenstelling tot de vloerkraan of het staande ventiel wordt de wandkraan, zoals de naam doet vermoeden, aan de wand gemonteerd. De kraan is gemakkelijk schoon te maken en daardoor erg populair in openbare ruimtes.