Advies over rhododendrons verzorgen? Info & tips van HORNBACH!

Rhododendrons zijn prachtige planten maar vragen altijd net om dat extra beetje zorg. In het voorjaar staat de rhododendron in volle bloei en in het najaar kan je nagenieten van zijn volle bladeren. Heb jij groene vingers en weet jij zijn schoonheid naar boven halen? Je inspanningen worden beloond en wij helpen je daarbij.

Rhododendrons verzorgen | juiste plaats | HORNBACH

Rhododendrons houden van gezelschap, maar heeft niet aan elke plant een goede buur. Zet je rhododendrons bijvoorbeeld niet naast een beuk, berk, linde of wilg. Maar kies voor een eik, magnolia, pijnboom of sierkers.

Bij het planten let je er op dat de rhododendron voldoende licht heeft en niet in de volledige schaduw staat. De groeivorm komt anders moeilijk tot stand en levert minder kleurrijke bloemen op. Rhododendrons verdragen de zon goed zolang de grond vochtig is.

In de natuur groeit de rhododendron graag in een losse, humusrijke en waterdoorlatende grond. De grond moet een beetje vochtig zijn maar niet te nat, de plant houdt niet van waterophopingen. Een licht zure grond is net als bij hortensia's het meest ideaal.

Met de speciale rhododendronmest van FloraSelf zit je altijd goed. Het voedingsstofgehalte en de structuur van deze speciale meststof is precies afgestemd op de behoeften van een rododendron. De rhododendron meststof heeft een losse vezelstructuur en bevat alles voor een gezonde groei door de benodigde voedingsstoffen.

De beste tijd om rhododendrons te planten is in het voorjaar en in het najaar. Als je de rhododendron in de winter plant, moet je erop letten dat je dit op een vorstvrije dag doet. Bij het planten in de zomer zorg je ervoor dat de plant voldoende water krijgt.

Haal je rhododendron uit de pot en dompel hem voor het planten ongeveer 3 minuten in water.

Het gat moet 2 tot 3 keer zo groot zijn als de wortelkluit. De rhododendron moet bovendien net zo diep komen te staan als hij voorheen in de pot stond. Maak de bodem van het gat los met een spade zodat het water makkelijk kan weglopen.

Plant de rododendron zonder mest met een mengsel van tuingrond en rhododendronaarde en trap de grond zachtjes aan.

Geef nu water, ook als het regent. Giet daarbij direct onder de bladeren.

Zorg bovendien voor een gietrand rondom de plant, deze houdt het water bij de plant.

Bemesten doe je pas 3 of 4 weken na het planten.

In de periode van september tot februari kun je beter helemaal niet mesten.

Om te zorgen dat je rododendron optimaal groeit, gebruik je de speciale rhododendronmest van FloraSelf.

Als je geen tuin of ruimte hebt voor een rhododendron, dan kun je hem natuurlijk ook in een passende pot zetten.

Zorg dat de pot groot genoeg is. Hier geldt dezelfde verhouding van aarde en plant als bij planten in de tuin.

Ook een goede waterafvoer is belangrijk.

Pas op met harken en schoffelen, de wortels van de rhododendron liggen oppervlakkig en beschadigen daarom snel.

Bodembedekking van FloraSelf onderdrukt de groei van onkruid over het algemeen goed en geeft de rhododendron de nodige bescherming.

Strooi na het bemesten de speciale schors of oude bladeren rondom de rhododendron (een laag van maximaal 3 cm).

Geef de rhododendron na het planten regelmatig water en houdt de bodem vochtig. Let er wel op dat de plant niet in opgehoopt water komt te staan.

De rhododendron rolt in de winter ter zelfbescherming zijn bladeren op. Deze rollen vanzelf weer uit naarmate het weer warmer wordt. Geef ze wel water, maar doe dit alleen op vorstvrije dagen.

Rhododendrons zijn veeleisende planten en hebben hun eigen mest. Rhododendronmest bevordert de natuurlijke groei van de plant en zorgt voor mooie groene bladeren en kleurrijke bloemen.

Het beste moment voor het planten is in het voorjaar en begin drie weken na het planten met bemesten.

Verdeel de mest onder de hele plant. Kleine planten en soorten met kleine bladeren hebben niet zo veel mest nodig als grote rhododendrons.

Rhododendrons ontplooien zich normaal gesproken vanzelf en hoeven daarom zelden gesnoeid te worden.

Wil je toch je haag of een te groot geworden struik snoeien, breek dan de verwelkte bloemen direct na de bloei met de hand af. Zo wordt er geen zaad gevormd en behoudt de plant al zijn kracht voor nieuwe knoppen.

Rhododendrons zijn net als andere planten gevoelig voor ongedierte en schimmelziekten. Hieronder lees je welk ongedierte een plaag voor je rhododendron kan worden en hoe je het weer kwijtraakt.

Vanaf het voorjaar kan het gebeuren dat er luizen op je rhododendron zitten die aan de bladeren zuigen en ze vervuilen met zwarte stippen. Bij sterke aantasting is het zelfs mogelijk dat de rhododendron zijn bladeren oprolt en verliest.

Mogelijke oplossing
Bestrijdingsmiddelen tegen luizen bieden bescherming tegen cicaden en luizen. Deze moeten volgens de gebruiksaanwijzing ’s ochtends of ’s avonds worden gebruikt.

Ook vanaf het voorjaar kunnen rhododendroncicaden gevaarlijk zijn voor je rhododendron. Ze brengen een schimmel over op de bloemknoppen, die daardoor afsterven.

Mogelijke oplossing
Net als bij luizen adviseren wij je ook bij cicaden bestrijdingsmiddelen tegen luizen te gebruiken. Pas dit toe volgens de gebruiksaanwijzing op de verpakking.

Gegroefde lapsnuitkevers zijn kevers die vanaf eind mei graag in de bladeren en aan de wortels knagen.

Mogelijke oplossing
Haal een middel tegen nuttige insecten (nematoden) dat je tegen de larven kunt gebruiken.

De rhododendron behoort tot de heidefamilie (Ericaceae). De naam rhododendron stamt uit het Grieks en betekent “rozenboom”.

Er zijn meer dan 1000 soorten in allerlei groottes, kleuren en vormen, en daardoor ook allerlei eisen. De meeste soorten komen oorspronkelijk uit Azië, met name uit het Himalaya-gebied. Op basis van de grote gelijkenissen kunnen ook de vroeger zelfstandige azalea’s tegenwoordig tot de rhododendrons worden gerekend.

Rhododendrons bestaan in verschillende vormen, allemaal gelijk van kleur of heel bont. In een Aziatische tuin mag een rhododendron natuurlijk niet ontbreken!

Heb je geen tuin of heb je geen ruimte om rhododendrons te planten? Geen probleem, een rhododendron staat ook heel goed in een pot.

Wanneer de rhododendron bloeit, is afhankelijk van de soort. De vroegst bloeiende soorten komen begin het voorjaar tevoorschijn terwijl de meeste rododendrons zich vertonen in mei of zelfs pas in juni tot augustus.

Rhododendrons passen zich gemakkelijk aan, maar houden niet van de hete middagzon of volledige schaduw. Hier groeit hij minder door en is de bloemenpracht kleiner.

Afhankelijk van de soort bepaal je hoeveel ruimte de rhododendron nodig heeft. Er zijn snel groeiende en langzaam groeiende rhododendrons. Veel rhododendrons kunnen enorm hoog worden, andere blijven klein.

Geef de rhododendrons regelmatig water maar voorkom dat het water zich ophoopt. Daar is de plant gevoelig voor. Houdt de grond vochtig en geef op warme dagen dagelijks extra water.

Groenblijvende rhododendrons moeten ook in de winter een beetje water krijgen. Doe dit uitsluitend op vorstvrije dagen.

Rhododendrons houden niet van kalk. Geef ze daarom indien mogelijk regenwater of zeer kalkarm kraan- of grondwater.

Strooi rondom de plant een 3 cm dikke laag boomschors. Dit voorkomt dat water snel verdampt en helpt tevens goed tegen onkruid.

Bij jonge planten helpt het om uitgebloeide bloemen weg te halen, omdat zich dan veel nieuwe bloemknoppen kunnen vormen. Grotere planten zorgen daar zelf voor.

Geel is een teken dat er iets met je rhododendron aan de hand is. Heb je hem te weinig water gegeven of te veel? Beide kunnen leiden tot het afsterven van de wortels.

Ook teveel kalk in de grond zorgt dat de ijzervoorziening van de bladeren verstoord wordt en de bladeren van de rhododendron geel worden. Let op dat je de rhododendron in de juiste grond plant en twee keer per jaar bemest met speciale rhododendronmest.

Bruine knoppen bij de rhododendron duiden op aantasting door cicaden. Deze kleine insecten kunnen je rhododendron infecteren met een schimmel door hun eitjes in de bloemknoppen te leggen. Bestrijdingsmiddelen tegen luizen helpt hier tegen goed.