Een gordingendak bestaat uit horizontaal geplaatste balken, gordingen genaamd, die van muur tot muur lopen, met een aantal dwarsbalken om het dak te ondersteunen. Een voordeel van een gordingendak is dat zij uit twee afzonderlijke helften bestaat. De balken worden niet recht tegenover elkaar geplaatst, maar verspringen. Daarom kunnen een dakraam of schoorsteen gemakkelijk geplaatst worden. Een nadeel is echter dat de dragende balken onder het dak, niet verplaatst kunnen worden en een uitbreiding daardoor haast onmogelijk maakt.

Een spantendak bestaat uitsluitend uit verticaal geplaatste balken, die vanaf de dakrand tot in de nok van het dak lopen en zo het dak ondersteunen. De last van het dak wordt via de spanten naar beneden verdeeld. Aan de spanten vast komt het onderdak, zo worden de balken weggewerkt. Een voordeel van een spantendak is daarom ook dat het een grote ruimte, de zolder, biedt zonder obstakels als balken.