| HORNBACH Breda | Openingstijden | ||||||||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
|
Konijnenberg 33 4825 BC Breda service-breda@hornbach.com +31 76 578 9000 |
|
Bij renovaties is elke euro soms belangrijk. Het helpt als je sommige klussen zelf kunt doen. Het installeren van stopcontacten en schakelaars is daar een voorbeeld van. We laten je zien wat je zelf kunt doen en mag doen.
Houd er rekening mee dat werken aan elektrische installaties levensgevaarlijk kan zijn. Het elektriciteitsnet moet dus worden uitgeschakeld tijdens de geplande werkzaamheden. Er mag geen onbedoelde stroomtoevoer zijn tijdens de werkzaamheden.
Voer alleen taken uit waarvoor je bevoegd bent. Overleg met je elektricien welke werkzaamheden je zelf mag uitvoeren bij de installatie van stopcontacten en schakelaars.
Opbouwstopcontacten en -schakelaars worden onderscheiden op basis van hun geschiktheid voor droge of vochtige ruimtes. Uitvoeringen voor vochtige ruimtes moeten minstens de beschermingsklasse IP44 hebben. Bij correcte montage is de behuizing beschermd tegen binnendringend vocht.
Schroef de afdekking los, want voorlopig is de behuizing nodig voor de montage.
Bij de montage van stopcontacten of schakelaars, let op de installatiezones. Onthoud dat bijvoorbeeld in een werkplaats de stopcontacten op de hoogte van een werkbank moeten passen. Zorg ervoor dat er geen kabels in de muur zijn gelegd in jouw installatiegebied.
Teken het geplande kabeltraject, gevolgd door de hoogte van het stopcontact of de schakelaar. Let bij een vochtbestendige behuizing op dat de afwatering, een kleine opening aan de achterkant van de behuizing, naar beneden is gericht. Plaats het onderste deel van de behuizing op de aangegeven positie met behulp van een waterpas en markeer de bevestigingsgaten op de muur.
Kies, afhankelijk van de ondergrond, de juiste bevestigingsmaterialen. Bij stenen of betonnen ondergronden kun je bijvoorbeeld universele schroeven van 4,5x40 mm gebruiken met bijpassende pluggen van 6x30 mm. Om de pluggen te plaatsen, boor je gaten met een diameter van 6 mm en ongeveer 45 mm diep. Let erop dat de ingedraaide schroef nog ongeveer 5 mm uitsteekt nadat deze is bevestigd. Blaas na het boren het stof uit de boorgaten.
Duw de pluggen gelijk met het oppervlak van de muur in de boorgaten. Plaats vervolgens de behuizing over de pluggen - als het een vochtbestendige behuizing is, zorg ervoor dat de afwatering aan de achterkant van de behuizing naar beneden is gericht - en bevestig het met de meegeleverde schroeven. Draai de schroeven stevig aan zodat de behuizing niet vervormt, maar toch stevig aan de muur zit.
Nu kun je de mantelleiding leggen. Het is het handigst om de rechte delen van de leiding in installatiebuizen te trekken en deze met beugels aan de muur te bevestigen. De elektricien zal de leiding op de aansluiting aansluiten. Vervolgens wordt de stopcontact- of schakelaarmodule samen met de aangesloten kabel en de kabeldoorvoer in de behuizing geplaatst.
De stopcontactafdekking kan nu op de behuizing worden geplaatst en vastgeschroefd. Daarna zal jouw elektricien de aangesloten stopcontact- of schakelaarmodule controleren en de installatie vrijgeven voor gebruik.
Voor het installeren van een stopcontact of een schakelaar inbouwmodus is ook een inbouwdoos nodig. Hierin wordt later het stopcontact of de schakelaar geplaatst. Markeer de positie van de doos en de benodigde leidingroute met een waterpas.
Vervolgens wordt het gat voor de doos in het metselwerk geboord met een boorkop van 68 mm. De diepte van het gat is ongeveer 47 mm. In deze opening past een inbouwdoos met een diameter van ø60x46 mm. Als de doos andere afmetingen heeft, moet het gat dienovereenkomstig worden aangepast.
De installatieopeningen kunnen ook worden gemaakt met een beitel en een hamer.
Het maken van een sleuf in de muur voor het leggen van leidingen inbouwmodus is het gemakkelijkst met een sleuvenfrees. Je kunt alles leren over het leggen van leidingen in onze handleiding daarvoor.
Om ervoor te zorgen dat de muur niet verzwakt wordt door de sleuf, moet de maximale toegestane diepte worden gerespecteerd. Dit varieert afhankelijk van de dikte van de muur, of het een dragende wand is en of het een horizontale of verticale sleuf is. De sleuvenfrees kan hiervoor worden aangepast.
Voordat de inbouwdoos kan worden geplaatst, moet de muuropening schoon en stofvrij zijn. Een sterk absorberende ondergrond zoals pleisterwerk, beton of gasbeton wordt licht bevochtigd met wat water.
Bereid de doos voor op installatie door de benodigde opening voor de kabeldoorvoer uit de doos te breken.
Voor het plaatsen van de doos is bouw- en elektriciensgips geschikt. Het poeder wordt langzaam in schoon water gestrooid en na ongeveer 2 minuten inweken wordt het tot een klontvrije massa gemengd. Met een roestvrije spatel wordt de massa in het doorgat van de doos gedrukt. Gebruik alleen genoeg pleistermateriaal om de apparaatdoos in het gat te bevestigen en uit te lijnen. Het plaatsen van de doos gebeurt dan direct in de nog vochtige pleistermassa.
Als het metselwerk daarna met leempleister moet worden gepleisterd, is elektriciensgips niet geschikt voor het plaatsen van de dozen. In dat geval kun je bijvoorbeeld tegellijm gebruiken.
Nu druk je de doos - het liefst met een waterpasdeksel - in de nog natte pleistermassa en zorg je ervoor dat deze recht staat. De ingebouwde waterpas in het waterpasdeksel maakt het eenvoudig om te zorgen voor een goede uitlijning. Als de muur later nog wordt gestuct, zorg er dan voor dat de doos gelijk komt te liggen met het toekomstige stucwerkoppervlak. De doos steekt dus een beetje uit boven het stucwerk. Verwijder de pleistermassa bij de opening van de doos, zodat je de bedrading kunt invoeren.
Als je geen waterpasdeksel hebt, kun je een korte waterpas gebruiken om de doos uit te lijnen. Zorg ervoor dat de zijdelingse schroefgaten horizontaal zijn.
Wanneer de doos stevig zit, oftewel wanneer de gips is uitgehard, kan de bedrading worden gelegd en kan de stopcontact- of schakelaarmodule door jouw elektricien worden aangesloten en getest. De kabelgoot wordt afgedicht met pleistermassa. De elektricien kan de installatie in bedrijf stellen.
Als het metselwerk nog moet worden gestuct, wordt de aansluiting van de stopcontact- of schakelaarmodule pas na het stucwerk gedaan. Sluit de doos in dat geval het beste af met een signaaldeksel tot het stucwerk is voltooid. Deze heeft uitstekende plastic vlaggetjes die helpen bij het vinden van de doos na het stucen. Na het voltooien van de muur kan de stopcontact- of schakelaarmodule door jouw elektricien worden aangesloten. De aangesloten module wordt na het plaatsen in de apparaatdoos horizontaal uitgelijnd en vastgezet met de zijdelingse klemmen.
Tenslotte bevestig je het stopcontactdeksel met het frame en schroef je het vast.
Je kunt de bedrading weliswaar direct in de muur leggen, maar als er een probleem optreedt, is het niet zo eenvoudig te vervangen. Daarom is het beter om de bedrading in een elektrabuis te leggen.
Als de doos na het stucen van de muur te diep lijkt te zitten, kun je deze verlengen met een pleisteruitbreidingsring. Deze wordt eenvoudig op de doos geschroefd.
In lichte houten of gipsplaat scheidingswanden kunnen stopcontacten of schakelaars gemakkelijk binnen de installatiezones worden geplaatst. Het is ideaal als de doosgaten al tijdens de wandconstructie worden geboord, zodat de elektrische draden gemakkelijk uit het doosgat kunnen worden getrokken. Markeer het midden van het gat met een waterpas door een horizontale en verticale lijn te tekenen. Boor vervolgens een gat van 68 mm met een gatenzaag.
Als je een gatenzaag met een randverzinker gebruikt, kan de rand van de doos gelijk liggen met het oppervlak van de muur wanneer deze wordt ingebouwd.
De zijdelings bevestigde bevestigingslipjes van de inbouwdoos voor holle wanden zijn geschikt voor een specifieke plaatdikte van de lichte wandconstructie, meestal variërend van 7 tot 40 mm. Breek de benodigde opening voor het doorvoeren van de stroomkabel uit de doos.
Als de doos bijvoorbeeld in een dikke houten plaat moet worden ingebouwd, zijn er speciale inbouwdozen met klemmen beschikbaar die hiervoor geschikt zijn.
De bedrading voor de aansluiting van het stopcontact of de schakelaar wordt door de uitgebroken opening van de inbouwdoos voor holle wanden geleid. Jouw elektricien heeft later minstens 15 cm kabellengte nodig om te strippen en de bedrading aan te sluiten op het stopcontact. Buig de bedrading dan om, zodat deze niet meer uit de doos kan schuiven.
Plaats de doos vervolgens in de opening zodat de bevestigingslipjes van de inbouwdoos voor holle wanden aan de zijkant zitten. Richt de doos horizontaal uit op de gemarkeerde lijnen of met behulp van een waterpas. Draai de zijdelingse schroeven aan totdat de doos wordt vastgezet door de bevestigingslipjes aan de achterkant van het paneel.
Nu kan jouw elektricien de module in de inbouwdoos aansluiten en plaatsen. Om de module vast te zetten, worden de bovenste en onderste schroeven gebruikt. Draai de schroeven lichtjes los en plaats de module over de openingen van de langgerekte gaten. Vervolgens wordt de module horizontaal uitgelijnd en worden de schroeven aangedraaid.
De zijdelingse klauwen van de modulebehuizingen die worden gebruikt voor het bevestigen van inbouwdozen mogen niet worden gebruikt bij inbouwdozen voor holle wanden, omdat dit tot beschadiging kan leiden.
De stopcontact- of schakelaarafdekking wordt na het voltooien van eventuele behang- of schilderwerken vastgeschroefd. Na succesvolle inspectie door de elektricien kan de installatie in bedrijf worden genomen.
